Wethouders ontvangen boek over burgerparticipatie

Burgers willen wel, nu de overheid nog. Dat is de uitdagende subtitel van het boek ‘Burgerparticipatie in het openbaar bestuur’ van Rob van Engelenburg en Peter van Hoesel. Gisteren op het gemeentehuis namen wethouders René Zoetemelk, Hans van der Elst en Paul de Bruijn het eerste exemplaar in ontvangst.

De politiek is vooral met zichzelf bezig en te weinig met en voor de samenleving, vinden Rob van Engelenburg en Peter van Hoesel. Met hun boek over burgerparticipatie laten ze zien waarom het anders moet en hoe het anders kan. Dat is beter voor de inwoners en het versterkt het beleid en bestuur van de overheid. Die oproep is bedoeld voor ambtenaren, bestuurders en politici. Maar de auteurs richten zich net zo goed tot constructieve inwoners.

Leerproces en dialoog bevorderen

Het boek telt maar liefst 313 pagina’s. “Het is een beetje uit de hand gelopen”, lacht Rob. “Emeritus-hoogleraar bestuurskunde Peter van Hoesel en ik hebben tijdens onze loopbaan en in de praktijk veel kennis en ervaring opgedaan op het gebied van burgerparticipatie. Dat wilden we delen met andere belangstellenden, in de hoop zowel het leerproces als de dialoog tussen burgers en het bevoegd gezag te bevorderen.”

Knowhow van inwoners

Rob benadrukt hoe belangrijk het is om de kennis in de samenleving niet te onderschatten. “Inwoners hebben zelf ongelooflijk veel knowhow. En hebben ze het niet zelf, dan zit het wel in hun netwerk of vinden ze het met wat hulp van buiten in de vorm van bijvoorbeeld ambtelijke ondersteuning of een klein budget.” De wethouders zijn het daarmee eens, al moet de gemeente nu eenmaal regelgeving, inspraakprocedures, bestemmingsplannen, enzovoorts in acht nemen.

Nog beter doen

Wethouder René Zoetemelk gaat het boek als eerste lezen. “Ik denk dat wij constructieve inwoners steeds beter weten te vinden. Zo gaan we eerder in gesprek over bouwplannen en bijvoorbeeld de ontwikkelvisie voor het centrum. Ook steunen we initiatieven zoals de duurzaamheidstafel en het sport- en preventieakkoord. Met dit boek gaan we het straks nóg beter doen.”